Leerteam 3 (groepen 7 en 8)

maandag 6 januari 2020

Groep 7
We gaan bezig met de volgende doelen:

Taal
Ik kan in een zin het gezegde en het lijdend voorwerp benoemen;
Ik kan bepalingen uit een zin halen;
Ik kan in een zin een zelfstandig werkwoord en een hulpwerkwoord binnen het gezegde herkennen en benoemen;
Ik kan de betekenis van een onbekend woord achterhalen door de eerst drie stappen van het stappenplan ‘Onbekend woord’ uit te voeren.

Spelling
Ik kan woorden schrijven met th die klinkt als t;
Ik kan de verleden tijd van werkwoorden schrijven;
Ik kan verkleinwoorden met –aatje, -ootje of –uutje schrijven.

Rekenen
Ik kan rekenen met breuken;
Ik kan in een context met hele getallen vermenigvuldigen met of delen door een breuk of kommagetal;
Ik kan rekenen met procenten;
Ik kan opgaven met veelvoorkomende tijdmaten en snelheden uitrekenen.

Groep 8
Wij werken de komende periode aan de volgende doelen:

Taal
Ik leer hoe een voltooid deelwoord gevormd wordt;
Ik kan het onderwerp en het werkwoordelijk gezegde vinden in een zin;
Ik kan herkennen in welke tijd een zin staat;
Ik weet wanneer ik de verwijswoorden dat, die of wat gebruik in een zin.

Spelling
Ik leer hoe ik stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden schrijf;
Ik leer hoe ik woorden met een lange klank of een korte klank aan het eind van een klankgroep schrijf;
Ik leer hoe ik woorden met een -x- schrijf.

Werkwoordspelling 
Ik leer hoe ik zelfde klankwerkwoorden met een voorvoegsel schrijf.
Ik leer hoe ik zelfde klankwerkwoorden met een voorvoegsel en stam op een -d- of -t- schrijf.
Ik leer hoe ik het tegenwoordig deelwoord schrijf.

Rekenen 
Ik kan rekentaal herkennen in een redactiesom;
Ik kan rekentekens verbinden aan rekentaal in een redactiesom;
Ik weet welke stappen ik moet zetten om een redactiesom uit te rekenen;
Ik kan meer rekenhandelingen uitvoeren om een redactiesom uit te rekenen.

 

 

 

 

 

Delen via