Leerteam 3 (groepen 7 en 8)

Volgende week donderdag 28 november (19:00 uur) bezoeken wij het ASK-theater. (zie bericht elders in deze Marke Expresse)
Aankomende weken gaan de kinderen uit de groepen 5 t/m 8 thuis hard aan de slag met het maken van een surprise en gedicht voor een klasgenoot. Op 5 december zullen de surprises mee naar school genomen worden.

Groep 7 info
Aan de volgende doelen gaan wij werken:
Taal
Ik kan bezittelijke voornaamwoorden gebruiken in een zin;
Ik kan het verschil noemen tussen een hoofdzin en een bijzin;
Ik kan een lijdend voorwerp in een zin herkennen;
Ik kan leenwoorden herkennen in een zin.

Spelling
Ik kan woorden schrijven met een b die klinkt als p;
Ik kan werkwoorden in de verleden tijd schrijven;
Ik kan woorden schrijven met th die klinkt als t;
Ik kan verkleinwoorden schrijven met –aatje, -ootje of –uutje.

Rekenen
Ik kan gegeven lengtes op schaal omrekenen naar de werkelijke lengte;
Ik kan bij een gegeven lengte uitrekenen hoeveel dat in een tekening met een schaal zou zijn en dat waar mogelijk ook tekenen;
Ik kan in een context hele getallen vermenigvuldigen met of delen door een zeer eenvoudige breuk;
Ik kan in een context hele getallen vermenigvuldigen met of delen door een breuk of kommagetal.

Groep 8
Taal
Ik weet wat functiewoorden zijn en kan deze benoemen in een zin: lidwoord, voornaamwoord, voorzetsel, voegwoord;
Ik kan het gebruik van hoofdletters correct toepassen;
Ik weet waar een samengestelde zin uit bestaat;
Ik weet dat sommige werkwoorden een vast voorzetsel hebben.

Spelling
Ik kan samenstellingen met een koppelteken schrijven: zee-egel;
Ik kan woorden met een trema schrijven: knieën, ruïne;
Ik kan woorden met een apostrof schrijven: ’s morgens, piano’s, Selma’s.

Werkwoordspelling
Ik leer hoe ik het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord van zelfde klank en andere klank werkwoorden schrijf: de geroepen kinderen, de gebrande pinda, de geschreven brief.

Rekenen
Ik kan berekeningen maken met veelvoorkomende tijdmaten;
Ik kan verschillende kalenders lezen en daar berekeningen bij maken;
Ik kan verschillende grafieken aflezen en interpreteren;
Ik kan berekeningen maken met behulp van grafieken en tabellen.